Van pampers tot politiek – Felies en Femma vragen respect voor kinderopvang

Margot Cattersel - 06/10/2025
Femma en Felies

‘Ik denk soms: ze zijn onze sector aan het kapotmaken.’ De woorden van Sigrid, directeur van kinderopvang Felies, komen hard binnen, maar toch aarzelt ze niet wanneer ze ze uitspreekt. Elke dag ziet ze hoe de combinatie van overmatige reglementering en chronische onderfinanciering de kinderopvang geleidelijk aan wurgt. De focus? Die verschuift pijnlijk van menselijke zorg naar een groeiende stapel papierwerk. ‘Ik word bijna gedwongen een jurist aan te werven, alles is aan banden gelegd met voorschriften. Dat werkt compleet verlammend.’

 

Toch blijft het enthousiasme van de kinderbegeleiders van Felies sterk. Ze willen doen waarvoor ze gekozen hebben: kinderen met volle toewijding en in alle veiligheid ondersteunen. Want, zoals Sigrid terecht zegt, ‘kinderopvang is veel meer dan louter kinderen opvangen.’

Griet Janssens, algemeen directeur Femma

 

'Zonder betaalbare en toegankelijke opvang hebben vrouwen geen echte keuzevrijheid’

Griet Janssens, algemeen directeur Femma

De wortels van de kinderopvang en de foute koers

De wortels van Felies liggen bij kinderopvang KAV, ontstaan in de schoot van Femma, nu 35 jaar geleden. Het oorspronkelijke idee was even revolutionair als eenvoudig: opvang bieden zodat vrouwen volwaardig konden werken, studeren en hun eigen leven vormgeven. Kinderopvang was daarmee van meet af aan een cruciale springplank voor vrouwenrechten en maatschappelijke vooruitgang. ‘Voor ons is kinderopvang nooit enkel een praktische oplossing geweest, maar altijd een hefboom voor gelijkheid. Zonder betaalbare en toegankelijke opvang hebben vrouwen geen echte keuzevrijheid’, stelt Griet, directeur van Femma.

Die historische band is nu scherp voelbaar. De sector draait vrijwel uitsluitend op vrouwen en tegelijkertijd zijn het moeders die hun loopbaan moeten opofferen zodra kinderopvang onvindbaar of te duur wordt. Daarmee raakt de crisis in de kinderopvang rechtstreeks aan de kern van gelijkheid én aan de economische zelfstandigheid van vrouwen – thema’s die ook voor Femma nog steeds centraal staan.

Felies ontwikkelde zich tot een veelzijdige organisatie. Maar de kernopdracht - kinderen een veilige en warme start garanderen - werd vanaf 2014 een pak moeilijker. De overheid koos toen voor een versnelde uitbreiding van opvangplaatsen. ‘Met het nieuwe decreet wilde de minister meer plekken creëren, daarom mochten onthaalouders plots dubbel zoveel kinderen opvangen’ licht Sigrid toe. Wat een efficiënte oplossing op papier leek, leidde op de werkvloer tot onhoudbare overbelasting. ‘Je wil elk kind heel graag de broodnodige aandacht en nabijheid schenken. Maar met acht kinderen tegelijk is het geen kwestie van willen, maar van kunnen.’

Sigrid Van Sever, algemeen directeur Felies

 

'Als we ons werk goed moeten kúnnen doen, dan moet het beleid daar de noodzakelijke middelen tegenover zetten.’

Sigrid Van Sever, algemeen directeur Felies

Waardering, statuten en beeldvorming

Wie een dag meeloopt op de kinderopvang, ervaart meteen hoe intensief het werk is. Begeleiders troosten, stellen grenzen en stimuleren de ontwikkeling, terwijl ze complexe gesprekken met ouders voeren. Het is veeleisend, verantwoordelijk en mentaal zwaar werk, maar toch is er maatschappelijk weinig erkenning. ‘Ons werk gaat over meer dan pampers en papjes geven’, zucht Sigrid. 

Die miskenning van het beroep komt zelfs terug in taal. ‘In de media gebruikt men nog altijd de term kinderverzorgers… Nee, dit zijn kinderbegeleiders.’ Erkenning zit ‘m uiteraard niet alleen in een correcte benaming, het eist ook de gepaste middelen. Zonder voldoende tijd en personeel is kwalitatieve zorg een illusie. ‘Als we ons werk goed moeten kúnnen doen, dan moet het beleid daar de noodzakelijke middelen tegenover zetten.’

Ook de arbeidsstatuten bleven jarenlang een pijnpunt. Vele jaren werkten onthaalouders onder het sui generis-statuut – een speciaal statuut dat tussen werknemer en zelfstandige in zit, met beperkte sociale rechten. Na druk vanuit de sector én vanuit organisaties zoals Femma, die al sinds haar ontstaan strijdt voor degelijke arbeidsomstandigheden voor vrouwen, kwam er uiteindelijk het werknemersstatuut. Dat bood een vast loon, vakantiegeld en een betere sociale zekerheid. ‘Zorgarbeid is zwaar en essentieel werk. Het kan niet dat vrouwen zekerheid moeten inruilen voor financiële nadelen. Een degelijk statuut is geen gunst, maar een basisvoorwaarde’ aldus Griet.

Felies was een van de eersten die deze overstap maakte. Toch blijft het sui-generisstatuut voor sommigen financieel nog altijd netto voordeliger, waardoor ze niet overstappen. Volgens Sigrid is het aan de overheid om de eerste stap te zetten: ‘Maak eerst werk van een aanlokkelijk werknemersstatuut, en verplicht pas daarna de overstap voor onze begeleiders. Zekerheid mag nooit een financiële terugslag betekenen.’

Griet Janssens, algemeen directeur Femma

 

'Een samenleving die kinderopvang niet versterkt, kiest ervoor dat vooral vrouwen de rekening betalen.'

-Griet Janssens, algemeen directeur Femma

De verstikking en de noodzakelijke keerpunten

Ook de publieke opinie speelt een kwalijke rol in hoe de sector bekeken en gewaardeerd wordt. Incidenten in de media hebben het idee versterkt dat gezinsopvang onveilig zou zijn. ‘De gezinsopvang heeft zware klappen gekregen in de media. Terwijl het juist een essentiële vorm van kinderopvang is, want niet elk kind is gebaat bij opvang in een grote groep’ benadrukt Sigrid. 

’En wat ook vaak vergeten wordt: gezinsopvang geeft veel vrouwen de kans om een eigen inkomen te hebben en tegelijk zorgtaken te combineren.’, zegt ze. Precies dat is altijd een speerpunt geweest van Femma: zorgen dat vrouwen niet moeten kiezen tussen gezin of werk, maar beide in balans kunnen houden. 

Natuurlijk zijn regels en toezicht nodig, beaamt ook Sigrid: ‘Er zijn altijd cowboys en die moeten eruit. Maar moet je 90% afstraffen door de 10% die zich niet aan alles regels houdt? De regels zijn er niet voor niets, maar nu treffen ze vooral de mensen die hun werk goed doen.’ 

Het gevolg? De papierberg groeit exponentieel en de tijd met de kinderen slinkt. ‘Kinderopvang is levensbelangrijke infrastructuur’, benadrukt Sigrid nog eens. ‘Niet alleen voor de ontwikkeling van kinderen, maar ook voor gezinnen en de gehele economie. Als we de sector verzwakken, betalen zij de zwaarste tol. Als we investeren, profiteert iedereen mee.’ Ook Griet zet dit op scherp: ‘Een samenleving die kinderopvang niet versterkt, kiest ervoor dat vooral vrouwen de rekening betalen. Investeren in opvang is investeren in gelijkheid!’.

Om de sector te redden zijn duidelijke beleidskeuzes nodig

  1. De kindratio moet omlaag om nabijheid en menselijke zorg te herstellen.

  2. Het werknemersstatuut moet een duidelijke financiële verbetering garanderen.

  3. Regels moeten gestroomlijnd en realistisch zijn, streng waar nodig, maar nooit verstikkend.

Dit vind je misschien ook boeiend